vredesschaak metapontum

HET SPEL METAPONTUM SPELEN

vredesschaak wijze metapontum

In deze rubriek vindt u de volgende pagina's:


 

Op deze pagina vindt u de volgende onderwerpen:


vredesschaak

De spelregels

De beginopstelling

Het speelbord wordt zo geplaatst dat de bondgenoot die met wit speelt een zwarte zeshoek aan diens rechterhand heeft.

Voor de beginopstelling van de stukken zie bijgaande figuur.

Spelbegin

  • Om het spel te beginnen groeten de spelers (bondgenoten) elkaar door elkaar de hand te geven.
  • Dan biedt de ene bondgenoot de ander in zijn geopende handen van iedere kleur een pionier aan. De ander heeft de keuze van de spelkleur. Degene die 'wit' (althans de lichtere kleur) kiest, mag het spel openen.
  • Men schudt elkaar nogmaals de hand en wenst elkaar succes met het samenwerken.
  • Bij een spel met staven vindt vóór het handenschudden de ceremonie der staven plaats. Iedere speler neemt in zijn hand een staf en zet deze op de lege witte hexagoon vóór de regent. Als eerste buigt nu wit zijn staf naar zijn bondgenoot voor de begroeting en houdt de staf daarna weer rechtop. Dit gebaar wordt nogmaals herhaald door de andere partij en vervolgens kruisen beide deelnemers hun staven gelijktijdig en reiken zij elkaar de hand.

Na deze ceremonie begint het spel.

Bewegingsmogelijkheden van de stukken

De pionier

De pionier mag met een 'Y'-beweging één stap naar voren doen van 60°. In de eerste zet mag hij deze afstand verdubbelen. Hij mag niet achteruit of zijwaarts bewegen. Een pionier kan worden verhoogd tot laureaat, als hij met de hulp van een bondgenoot op de achterste rij aan de andere zijde belandt. Hij krijgt dan een kroon (op z'n hoofd) ter onderscheiding en mag zich bewegen als een magister.

De tempelier of wachter

De tempelier of wachter beweegt zich in horizontale en vertikale lijnen over het bord. Hij kan in 4 richtingen bewegen, en mag in de vertikale beweging tussen stukken door. Zonder hulp kan hij zich niet realiseren (thuiskomen), hij is dus afhankelijk van de bondgenoot om 'thuis' te komen.

De wijze of geleerde

De wijze of geleerde is kleurbepaald, en hij beweegt zich in 6 richtingen (niet horizontaal) naar het dichtstbijzijnde zesvlak van dezelfde kleur. Door dit kleurenprobleem is de wijze afhankelijk van hulp van de bondgenoot om op de plaats van bestemming te komen.

De minister

De minister beweegt zich in 8 richtingen over het hele bord, behalve horizontaal en vertikaal. Hij gebruikt 2 diagonalen van 30° en 60°.

De magister

De magister kan zich in 12 richtingen over het hele bord bewegen. Dit is zowel horizontaal als vertikaal en in de diagonalen van 30° en 60°. Een verhoogde pionier of laureaat krijgt dezelfde bewegingsmogelijkheden.

De regent(es)

De regent(es) kan slechts één stap naar een aangrenzend zesvlak bewegen, en heeft hierbij 6 richtingsbevoegdheden. Hij/zij moet de laatste zet maken van het spel en weer op een witte zeskant aankomen aan de overkant van het bord. De gardiaanse zet en de sleutelzet behoren tot zijn/haar speciale bevoegdheden.

De zetten

Gewone zet (enkelvoudige actiezet of toegangszet)

Beurtelings doen de spelers een zet volgens de voorgaande regels. Stukken van verschillende kleur mogen met elkaar van plaats verwisselen. Echter alleen met de bewegingsmogelijkheden van de stukken van de aan zet zijnde bondgenoot.

  • Om het spel zo goed mogelijk te spelen, in zo weinig mogelijk zetten, is overleg en overeenstemming een vereiste. Hierdoor worden efficiënte zetten gedaan die qua spelpositie bevorderlijk zijn voor beide deelnemers. Tevens kan dit leiden tot een harmonisch spel, een compositie. Vergeet niet elke zet te tellen.

Accommodatiezet

De accomodatiezet is het plaatsverwisselen van twee stukken om elkaars spelpositie te verbeteren.

Realisatiezet

Zodra een stuk op de tegenoverliggende plaats van bestemming is aangekomen is het stuk 'gerealiseerd', of 'thuis', en blijft daar gedurende het verdere verloop van het spel staan.

Potentiatiezet

Potentiëren betekent bekrachtigen. In een enkelvoudige potentiatie beweegt een stuk naar een onbezet veld vanwaar dat stuk in een volgende zet zijn bondgenoot naar huis kan halen. In een dubbelactie potentiatiezet verwisselen twee stukken met elkaar om in de volgende zetten elkaars stukken naar huis te bewegen.

Lauweringszet

Dit is een plaatsverwisseling tussen twee stukken met één van de achterste rij (1 of 8) waarvan de bongenoots pionier (op rij 7 of 2) wordt verhoogd tot laureaat, een kroon ontvangt en mag bewegen als magister.

  • Een gelijk aantal laureaten aan beide zijden is aanbevolen en houdt het spel gemakkelijker in evenwicht. Laureaten realiseren zich op rij 2 of 7 net als pioniers. Twee laureaten kunnen door één zet potentiëren; dit wordt dansen genoemd.
  • Zorg ervoor dat de laureaten niet vóór zij benut zijn te realiseren op rij 2 of 7, maar hen te potentiëren in hun thuisgebied. Om ze goed te gebruiken moeten zij terug naar de plaats vanwaar zij kwamen. De laureaten kunnen de werkpaarden van het spel worden (zie potentiatiezet).

Verlossingszet

Als men een bondgenoot op de plaats van bestemming brengt (aan de overzijde van het bord), is dit een 'verlossingszet'. Deze zet wordt gewaardeerd met een 'erepunt'. Het 'erepunt' wordt aan de verlosser gegeven door de bondgenoot. De spelers reiken elkaar de hand en bedanken elkaar voor de goede samenwerking.

Simultaan: bijzondere combinatiezet

Wanneer een Verlossingszet en een Realisatiezet in een enkele zet worden gecombineerd is dat een Simultaanzet; dus twee stukken komen thuis in 1 zet, beide stukken staan nu vast. Het is de meest doelmatige zet van het metapontumspel.

De gardiaanse zet

De gardiaanse zet houdt in dat de regent(es) tijdens het spel op één willekeurig moment één keer van plaats mag verwisselen met één van zijn of haar eigen stukken.

De sleutelzet

De sleutelzet wordt gedaan nadat beide spelers al hun stukken - op de regent(es) en magister na - hebben gerealiseerd met gelijk aantal (1) zetten, (2) erepunten en (3) laureaten.

Dan mogen beide spelers gelijktijdig de regent(es) en magister van hun bondgenoot ook realiseren door die van plaats te wisselen, waarbij beide regent(ess)en weer op wit komen te staan.

Speleinde

Het spel eindigt zodra beide groepen aan de overzijde op de voorafgesproken plaats zijn aangekomen. Dit is na de sleutelzet. De beide spelers hebben nu de 'Olympische Overwinning' behaald. Zij reiken elkaar nogmaals de hand als vrienden en bondgenoten, feliciteren elkaar met het succes van de samenwerking, en gaan uiteen. Zij zeggen: 'Moge deze vriendschap zich verbreiden'.

  • Zodra één van de regenten/regentessen zich vroegtijdig realiseert, voordat de andere stukken thuis zijn, wordt het spel automatisch gestopt en onvoltooid verklaard. Zie spelbeperkingen >>

Eindopstelling


Wedstrijden, toernooien

In vaardigheidstoernooien e.d. tussen teams gelden de regels als bij schaak:

  • Een zet mag niet worden teruggenomen
  • Een met de hand aangeraakt stuk moet worden bewogen
  • Men mag stukken wel verstellen.
  • Er is een scheidsrechter aanwezig.
  • Teams met identiek, onbekend speldiagram, worden gewaardeerd op tijdsduur, stijl van spelen en het aantal zetten.
  • Voor de beoordeling van vrije stijl spelen wordt de schoonheid en vernuftigheid hoog gewaardeerd.
  • 'Wit' - althans de lichte kleur - zet als eerste, 'zwart' - althans de donkere kleur - volgt en maakt de laatste zet om de zetten in evenwicht te houden.
  • De kleur wordt bepaald met open handen, bondgenoten geven elkaar de vrije keuze.
vredesschaak wijze metapontum metapontum metapontum
Top | Nederlandse versie Metapontum Begin Homepage in English | Sitemap Bijgewerkt 08-02-2008 | Volgende pagina
wijze